Het koffietreinplas dilemma

Ik moet plassen. Niet een klein beetje, maar heel erg. Doorgaans schijnt dit geen probleem te zijn, waar je ook bent er is vrijwel altijd de mogelijkheid om jezelf aan het zicht van anderen te onttrekken,  je onderbroek naar beneden te stropen en te plassen. Ik als getraind reiziger en wildplasser weet alle kneepjes van het vak en zou dus verwachten dat ik mij uit elke hekele omstandigheid zou kunnen manouvreren. Nu echter op deze late ochtend, dient er zich een onmogelijke situatie aan; de zojuist haastig gedronken koffie wil zich haastig door mijn sluitspieren naar buiten dringen. Ik zit in een zeldzame trein; één die op diesel rijdt. Het neveneffect hiervan is dat de stoptrein bij elke stop hevig trilt. Een volle blaas houdt niet van trillende objecten. Ik ben lichtelijk ziek, warm en koud wisselen zichzelf af binnen mijn lichaam en mijn gespannen zenuwen zorgen ervoor de climatecontrol nog net even iets harder moet werken om de trein koel te houden. Ik hoest; mijn middenrif schokt omhoog, slijm schokt omhoog en voor en luttele seconde ben ik even niet in staat om mijn sluitspieren goed te sluiten. Op het nippertje loopt het goed af. Opnieuw moet ik hoesten. Ik tuur om me heen, op zoek naar mogelijkheden om in nood te kunnen urineren. Ik heb een plastic tas, zou die waterdicht zijn? Waarschijnlijk niet.  Een bakje dan? Hoewel ik ooit in de paskamers van een kledingwinkel een zak met plas vond. Boven de afvalbakken zitten tafeltjes zonder enige ruimte waar ik mijn onder lijf tussen kan proppen. De trein is niet vol, maar niet leeg genoeg. Mijn blaas is vol, niet leeg genoeg. En hoewel ik niet aan de roze olifant probeer te denken, blijft hij in mijn hoofd opduiken om vervolgens hard te stampen. Zachtjes begin ik te zingen, over roze olifanten, roze olifanten hebben in de verste verte niets te maken met plassen. Toch voel ik er een stampen op mijn blaas. Ik doe mijn broek snel los. Wat zou er gebeuren als ik nu in mijn broek plas? Kan ik dan arriva aanklagen? Of zij mij, omdat ik hun trein heb voorzien van ranzigheid en een penetrante geur.
Abrupt stop ik met denken. Mijn dierlijke instinct neemt het over. Nog net niet gillend ren ik als een kip zonder kop naar buiten grijp vijftig cent uit mijn zak, ruk de deur open, trek mijn broek naar beneden en laat de koffie los.

Reacties

Populaire posts van deze blog

De Mens in al Zijn Vormen