Het effect van de witte kunst badkuip
Hallo Stedelijk, je bent op mijn netvlies gebrand en niet meer weg
te denken. Als reusachtige uit kunststof gegoten badkuip domineer jij de hoek
van het Museumplein. Wanneer ik in jou stap word ik echter niet nat…maar droog.
Zelfs als ik buiten sta, word ik beschermd door jouw uitstekende arm die mij
meesleept in een andere dimensie.
Nog niet zo heel lang geleden was jij slechts aanwezig als grote
mysterieuze dwalende schim in mijn hersenpan. Toen mijn kunstkunde ontstond startte
jouw transformatie. Er werd gepraat over baanbrekende taferelen die
plaatsvonden op jouw monumentale trap, waar dansers overheen zijn gevlogen en
revoluties zijn ingeluid, de trap als trap naar de kunsthemel. Ik wist niets,
ik wist wat er werd gezegd, ik wist dat kunst iets groots moest zijn, ik wist
dat het Stedelijk iets groots moest zijn, maar waar ik keek zag ik slechts een
troosteloze bouwput en ik wist niets. In mijn onwetendheid creëerde ik een
verlangen naar de voorgespiegelde illusie. De illusie kon immers alles zijn met
als enige richtlijn dat het iets groots moest zijn. Groots, zoals mijn dromen
die parallel liepen aan deze illusie. Kunstrevoluties zijn mij in die acht
jaren van verbouwing onthouden, maar in mijn hoofd was er toen ook nog geen
basis gevormd om wat aan te kunnen met de kunst van het nu. Naar mate de
gezaaide zaadjes langzaam uitgroeiden tot frisse bloemen, groeide ook het
museum, als een Fenix uit zijn as; de geschiedenis van weleer was verstoft en
wachtte op zijn renaissance.
Ik haatte hedendaagse kunst, totdat ik het liefhad en me besefte
dat ik het toen pas begreep. Op het moment dat mijn geest had besloten om deze
deurtjes te openen, opende het museum haar deuren. Ik was in de war. Niets was
zoals het had moeten zijn. Het was beter, want de megalomane verhalen waren
gedateerd geworden in mijn hoofd en al het zichtbare sprak van het nieuwe. De
trap, zwanger van betekenis, liep ik de eerste keer dat ik in het museum
verdwaalde niets vermoedend voorbij. Het nieuwe smolt samen met het oude in een
onverenigbare synthese met de trappen als navelstrengen.
Ik keek naar buiten door een klein raampje in de badkuip; het werd
mij steeds duidelijker wat er werd bedoeld met de ivoren toren van de kunst. De
ivoren toren werd vertaald in de vorm van een kunststoffen witte badkuip waarin
de kunst werd opgesloten. Het casino-effect, waarbij er geen besef van tijd en
zijn is, toegepast op de White-Cube. Kunst waarbij verslaving aan het
intellectuele wordt aangewakkerd vanuit een wil om te weten wat het
gepresenteerde is. De enige plek waar fatsoenlijk daglicht naar binnen schijnt
ter onderbreking van het betoverende effect, is de plek die als etalage dient
om mensen in te etaleren in plaats van kunst. Daar, waar goedgeklede mensen
macarons laten liggen op porseleinen schoteltjes en rode vlekken worden
uitgewisseld tussen wijnglas en lippen, daar moet vast iets te vinden zijn van
waarde.
Reacties
Een reactie posten